Dobbers
Algemeen
De dobber is één van de voornaamste elementen van de lijn en zijn functies zijn veelvoudig.- De eerste is de beetaanduiding. Dankzij zijn gevoeligheid, moet hij de kleine aanval van een vis weergeven.
- De dobber moet het lood dragen samen met het gekozen aas. Hij moet een perfecte begeleiding van de lijn toelaten en een goede stabiliteit waarborgen in hevige wind of in de sterke stroming.
- Hij moet tenslotte een minimale weerstand bieden tenopzichte van de vissoort die aanbijt, dat wil zeggen, wanneer de vis zich met het aas bezighoudt.
De vorm
Het eerste criterium dat de keus van een dobber moet begeleiden is zijn vorm. Zij hangt hoofdzakelijk van het soort water af. Zelfs als er talrijke varianten bestaan, hergroeperen alleen maar 2 vormen de grote meerderheid onder hen.


2. Druppeldobbers zijn het veelzijdigst en buiten de hevige
stroming, kunnen zij in alle soorten waters gebruikt worden. Zij zijn zeer stabiel
en worden gebruikt om in hevige wind en sterke stroming te vissen. Dit is dé
dobber om in de moeilijkste omstandigheden te vissen. Deze is ook ideaal voor
langzame beten.Dikke dobbers, over het algemeen in de vorm van peer, of een
olijf, een grote bol..deze dobbers hebben een grote drijfkracht op het water
en zijn bedoelt om op de grote rivieren en kanalen te vissen. Deze worden gebruikt
om in snelstromend water te vissen. Zij dragen veel lood en het het aas zakt
dus snel naar de bodem.
De draagkracht
De draagkracht wordt uitgedrukt in grammen of in tiende van een gram. Zij stemt met de massa van lood overeen die men op de lijn moet zetten om het drijfvermogen van de dobber te compenseren. Om de ideale opwaartse druk te kiezen, is het nodig om met de drie parameters rekening te houden.- De eerste is het soort water. In grote rivieren en sterke stroom, is het absoluut nodig dat de lijn snel naar beneden gaat, hier is een opwaartse druk van 2 tot 20g noodzakelijk. In vijver of kanaal, voldoen 0,20 tot 2 g.
- De tweede parameter is de oppervlakte. Hoe groter het oppervlak hoe zwaarder men vist.
- De derde is de diepte van het water dat men wil bevissen. Wanneer de vissen aanwezig zijn in verschillende lagen kan men beslissen lichter te vissen, om het aas traag aan te bieden tijdens het zakken, dit kan aanbeten bevorderen tussen twee wateren. Voeden de vissen zich echter vooral tegen de grond dan moet er zwaarder gevist worden, want dan wordt het interessant om het aas vlug op de bodem te krijgen.
De kiel van de dobber
Of dit nu de kiel van een zeilschip of een dobber is, de functie is identiek namelijk het stabiliseren. Hoe zwaarder de kiel hoe sneller de dobber zijn evenwicht herstelt. Hoe langer de kiel, hoe stabieler in sterke golven en wind. De kiel kan van metaal zijn, glasvezel,hout ,plastiek of koolstof. Zij kan 1 tot 25 cm lang zijn.- Op kleine dobbers die van een zeer lange en zeer zware kiel in metaal voorzien zijn , zal de hoeveelheid lood op de lijn dus minder zijn. De bewegende dobber zal zich vlug herstellen terwijl de lijn traag zal zakken door het weinig aanwezige lood.
- Wordt in tegenstelling een grote dobber voozien van een korte en lichte kiel dan zal er veel lood nodig zijn om de dobber in evenwicht te brengen. De dobber komt niet rap in evenwicht en het aas zal vlug naar de bodem zakken door het veelvuldig lood op de lijn.
De antenne
Het voornaamste nut van de antenne is de dobber zichtbaar te maken. Er bestaan vier grote soorten antennes.- De metalen antenne heeft als voordeel om snel te reageren op kleine aanbeten en komt zeer vlug terug in evenwicht bij een juiste uitloding. Het voornaamste nadeel is zijn slecht zicht vooral op grote afstand. Dit soort antenne komt tot zijn recht bij het vissen dicht bij de waterkant en bij stil water.
- De plastiek antenne heeft een iets grotere doorsnede. Door haar dichheid heeft ze een goed drijfvermogen. Zij is ideaal voor de visvangst met een lange vaste hengel op een rivier.
- Het derde soort wordt van hetzelfde materiaal gemaakt als de dobber, balsahout, koolstof... Kort en gedrongen, is deze antenne perfect voor het bodemvissen in rivieren en kanalen.
- De laatste is hol en bevoorrecht het zicht dankzij zijn grote doorsnede, zonder echter noch te verzwaren noch aan gevoeligheid te verliezen. Zij is onvervangbaar voor de visvangst op grote afstand.